Damon Albarn - Everyday Robots
Warner
Damon Albarn is als multi-instrumentalist, zanger, (Brit)popidool en muziekschrijver voor films en opera’s vooral een muzikale kameleon. Hij weet zich zoveel verschillende karakters aan te meten dat er een mysterieuze sluier hangt rond zijn persoon. Een tipje van die sluier wordt opgelicht op ‘Everyday Robots’, Albarns eerste, echte soloplaat.
Welke kleur deze kameleon zich ook aanmeet, één ding staat als een paal boven water: Damon Albarn brengt altijd kwaliteit. Hoewel dit album een paar luisterbeurten nodig heeft om helemaal door te dringen, is het heerlijk wegdromen bij 'Everyday Robots'. Albarn is niet vies van een instrument meer of minder en zijn stem wentelt zich perfect in de nummers zonder echt op de voorgrond te treden.
Wie echter met meer gevoel de teksten beluistert, merkt dat Albarn ons ook wakker wil schudden. Op nummers als Lonely Press Play, Selfish Giant en Photographs maakt hij je niet alleen bewust van het bestaan in deze computer- en tv-gestuurde maatschappij, hij toont ook hoe wij er mee omgaan. Voorbeeld? “It's hard to be a lover when the TV's on / and nothing is in your eyes” is waarschijnlijk voor velen pijnlijk herkenbaar. Albarn zingt het alsof er niets aan de hand is, maar tegelijk zo veel.
Hij neemt je ook mee voor een trip down memory lane. Hij vertelt hoe hij aan de titel van het Bluralbum ‘Modern Life Is Rubbish’ kwam en hoe hij gepest werd in zijn jeugd. Ook de gevoeligere thema’s worden niet geschuwd, op You And Me bijvoorbeeld komt zijn heroïneverslaving aan bod. “Tin foil and a lighter / the ship across / five days on / two days off”, zijn twee zinnen die voor veel ophef zorgden in Groot-Brittannië. Maar laat ons eerlijk zijn, zijn verslaving kon toch geen verassing zijn. Vijf dagen high, twee dagen clean lijkt ons dan ook een slopende routine.
Verder klinkt You And Me als een zinkende duikboot. Net wanneer die de bodem dreigt te raken, wordt hij gered door een steeldrum, die je in normale omstandigheden welkom zou heten op Hawaï, maar hier net niet het noorden dreigt kwijt te raken. Albarn laat ons meevoelen hoe hij een shot heroïne ervaarde. En terwijl hij “You can blame me / when the twilight comes” zingt, zou je hem over zijn bol aaien. Mooi en meeslepend. Zo heeft elk nummer op dit album wel zijn eigen aandoenlijk verhaal.
Mr Tembo lijkt een beetje een buitenbeentje op dit album. Het is iets opzwepender dan de andere nummers en het verhaal over een olifantenweesje is frappant in vergelijking met de zwaardere context op de andere nummers. Als je dit album ziet als een biografie, kan je het natuurlijk beter kaderen door zijn avonturen in Afrika voor ‘Mali Music’ en ‘Kinshasa One Two’. Ach, soms mag het inderdaad ook wat vrolijker. Heavy Seas Of Love is van hetzelfde laken een broek. Je handen kriebelen om mee te klappen op dit slot en de melodie geeft je een enorm Heal The World-gevoel. Dat nemen we er graag bij.
Damon Albarn geeft zichzelf gelukkig niet helemaal prijs. Zo is er nog stof genoeg voor een nieuw soloalbum. Het is wel de eerste plaat dit jaar waar we verontschuldigend “Sorry” prevelen als we hem afzetten. Meneer Albarn, het was fijn je wat beter te leren kennen.
Damon Albarn speelt op donderdag 3 juli op Rock Werchter.