The Security Project - Live 1

Giant Electric Pea

We kennen niet veel levende en nog actieve artiesten van wie de muziek door covergroepen wordt gefêteerd. Laat staan dat deze "tributes" het niveau van het origineel evenaren. The Security Project doet net dat met het vroege solowerk van Peter Gabriel. Zo’n operatie is – zeker live – allesbehalve vanzelfsprekend. En toch: ‘Live 1’ overtreft zelfs de stoutste verwachtingen.

De line-up is dan ook het neusje van de zalm van de Noord-Amerikaanse artrock. Trey Gunn drukte in King Crimson zijn unieke stempel op de Warr-gitaar (een hybride snaarinstrument waarop men bas en gitaar speelt). Gitarist Michael Cozzi is zijn stadsgenoot uit Seattle. De New Yorkers zijn toetsenist David Jameson en drummer Jerry Marotta. Gabriel-aficionado’s kennen Marotta uit de begeleidingsband van de meester in de periode van 1977 tot 1986. Marotta speelt dus uit de eerste hand en is goed geplaatst om zijn acolieten in de originele arrangementen te introduceren.

De karakteristieke frasering, timbre en stembuigingen van Gabriel zijn in prima handen bij Brian Cummins. De Brit heeft tonnen podiumervaring als zanger van de Genesis-covergroep Carpet Crawlers en Mick Pointer’s Marillion, waarvoor hij Fish incarneerde. De teksten van Gabriel brengt hij even vlekkeloos als die van de boomlange Schot. Meer nog, het is ronduit spookachtig hoe Cummins hier met de performer Gabriel samenvalt.  

Het valt niet te ontkennen hoe de geest van Gabriel bezit neemt van het podium van het moment dat keyboards en percussie Lay Your Hands On Me inzetten. De song handelt over genezing door vertrouwen en komt uit het vierde soloalbum ‘Peter Gabriel’ (1982). Dat was één van de eerste, volledig digitaal opgenomen platen, waarop de dominante elektronica een geslaagde duistere sfeer oproept. Het pleit voor TSP dat ze dit sonische landschap even briljant als tijdloos op de bühne weten te brengen.   

Met vijf songs in Gabriels concertrepertoire is de vierde ‘Peter Gabriel’ één van zijn favoriete platen. Die persoonlijke keuze komt terug in ‘Live 1’. San Jacinto is gebaseerd op een verhaal van een Apache-indiaan en verhaalt de pijn en de angst van de Native American die zijn cultuur overweldigd ziet door de blanke kolonisator. Cummins legt zijn hart en ziel in deze ode aan de "primitieve" mens. The Family And The Fishing Net vergelijkt een westerse bruiloft met een voodoo-offer. De dreiging? die hiervan uit moet gaan, blijkt evengoed uit de Frippiaanse gitaren als uit de Afrikaanse ritmes.

Ook in I Have The Touch lezen we Gabriels interesse voor rituelen; het nummer werd opgehangen aan de film ‘The Chocolate War’ waarin een jongeman geconfronteerd wordt met hiërarchische structuur en tradities op een katholieke school. Zijn eigen ervaringen op een kostschool kwamen Gabriel goed van pas. Het percussieve The Rhythm Of The Heat vertrekt van Carl Jungs observaties van Afrikaanse drummers. Een eenvoudig drumpatroon – oorspronkelijk van Phil Collins – kenmerkt Intruder, over een inbreker die enkel voor de kick huizen binnendringt. Cummins geeft het personage gestalte met levendigheid en enthousiasme.    

‘Live 1’ is zeker geen slaafse imitatie. De band durft verder te gaan in interpretatie door nieuwe arrangementen uit te werken. Knappe voorbeelden hiervan zijn de koude-oorlogssong Games Without Frontiers en Of These, Hope (uit de soundtrack van ‘The Last Temptation of Christ’) met zijn schaduwrijke gitaren. Of neem de fanfavoriet Here Comes the Flood, voorzien van een introductie door Trey Gunns "touch" gitaar.

Intussen zijn ook andere Gabriel-klassiekers in een uitvoering van TSP op Youtube te bewonderen. Een tweede schijf met live materiaal mogen we verwachten voor oktober. Gabriel-fan of niet, ‘Live 1’ is alvast een no brainer.